Ewald Honig kan zijn slechte gewoonte niet afleren. Nauwelijks is hij de DDR binnengekomen, of de forse, goed gebouwde man van eind vijftig begint alweer dames met frauduleuze bedoelingen het hof te maken. Zijn dochter Ina, die dezelfde genen heeft, specialiseert zich in getrouwde mannen in hun bloei van hun leven. Twee criminologen zitten de Honigs op het spoor, maar ze hebben het al snel al druk genoeg met elkaar. Ondertussen hebben Honig en zijn dochter uit eigen beweging hun eigenzinnige pad verlaten.